Leerkracht

'leer·kracht de; m,v -en leraar ve school'
(Van Dale, 2010)

Leerkrachten hebben een sleutelrol binnen het primair onderwijs.
Met de komst van nieuwe digitale leermiddelen verandert de rol van de leerkracht zodanig, dat er een mentaliteitsverandering móet plaatsvinden. Soms gaat dit betrekkelijk eenvoudig, maar soms kost dit veel meer moeite. Bovendien zien we dit in alle experimenten terug en zijn deskundigen op onderwijskundig gebied het veelal eens over het feit dat effectieve en efficiënte leermiddelen een gedegen voorbereiding vereisen en dat kost tijd, veel tijd.
'Het is niet eenvoudig om te beoordelen in hoeverre het experiment invloed heeft gehad op het plezier waarmee de leerkrachten naar hun werk zijn gegaan. Wel is duidelijk dat de leerkrachten moesten wennen aan hun nieuwe rol. Waar zij gewend waren om (vaak ook klassikaal) kennis over te dragen, bleek een groot deel van deze taak nu te zijn opgevuld door de gezamenlijke instructie via de Recording Box of via instructies in de gebruikte digitale leermiddelen.'
(Lieshout et al., 2010, p.14)

'Een apparaat is leuker dan een leraar'. In het fragment van Editie NL suggereert de verslaggever van RTL-programma EditieNL dit. De geïnterviewde leerling beaamt dit lachend. Ook de directeur Jelle Berens stelt voor om zich dan maar te ‘reduceren tot het model apparaat’.

Bekijk dit fragment. (01:42 - 02:00 min)
Dit klinkt als een doemscenario en is natuurlijk sarcastisch bedoeld. Maar toch is het goed om stil te staan bij de rol van de docent in een dergelijke digitale leeromgeving.

Bekijk dit fragment. (02:01 - 02:10 min)
Liesbeth Verheggen van de Onderwijsbond AOB benadrukt dat een leerkracht onvervangbaar is als het gaat om het begrijpen en aanvoelen van de leerlingen. 'Apparaten kunnen dit niet'.

Voorafgaande aan het experiment in Eibergen zagen opmerkelijk genoeg veel jonge leerkrachten beren op de weg.



Ook in een artikel uit het vakblad COS wordt benadrukt dat de leerkrachten nog niet genoeg voorbereid zijn. Sterker nog: De Fockert vindt in dat artikel dat 'pabo’s achterblijven bij de ontwikkelingen die zich in het primair en voortgezet onderwijs voltrekken als het om digitale borden gaat.(...) Je komt regelmatig tegen dat een leerkracht van een pabo nog werkt met een overheadprojector of een PowerPoint-presentatie op een projectiescherm laat zien.' (Louwers, 2008)

Het lijkt er dus op dat de pabo’s nu weer aan zet zijn. De pabo’s lopen achter op schema en moeten een tandje bij zetten om in de marathon van het nieuwe leren niet achterop te raken, want de rol van de docent verandert rigoureus. 'In de nieuwe rol is de leerkracht meer een procesbegeleider.' Dit schrijven ook Lieshout et al in de TNO rapportage over het experiment ‘Leren van de Toekomst’. Over de aantrekkelijkheid van deze rol waren de meningen verdeeld. Verrassend genoeg waren oudere leerkrachten over het algemeen 'na een dag om' en is het verrassend om te zien dat juist deze ‘traditionele’ leerkrachten 'opeens heel modern worden'. Dat zegt directeur Berens in ons interview. Maar, zoals reeds gemeld, hadden jongere leerkrachten over het algemeen moeite met deze omschakeling.

Wat de voorbereiding van het experiment ‘Leren van de Toekomst’ betreft zijn de leerkrachten niet vooraf geïnformeerd over de nieuwe digitale leermiddelen. TNO vermeldt hierover in de rapportage:
'Er is te weinig gedaan met de kennis, ervaring en vaardigheden van de leerkrachten in de voorbereidingsfase. Dit had vermoedelijk tot een hoger rendement van het experiment geleid.
(...) Daarnaast wilde de directeur een situatie creëren die ook voor de leerkrachten (net als voor de leerlingen) een ‘sprong in het diepe’ betekende. Door die benadering zou het beste zichtbaar worden wat de digitale leermiddelen voor de leerkrachten betekenden.'
(Lieshout et al., 2010, p. 7)

De situatie zoals de directeur die beschrijft, sluit aan bij het karakter dat TNO schetst van het experiment. Het ‘nieuwe’ van het experiment maakt dat de onderzoeksresultaten er in principe niet betrouwbaarder op worden. 'Maar de onderzoeksresultaten moeten we ook zeker met die korrel nemen. Dat wil niet zeggen dat we daar niets van leren', zegt Frans Schouwenburg van SURFnet/Kennisnet. (Bos, 2010)
'Het is niet eenvoudig om te beoordelen in hoeverre het experiment invloed heeft gehad op het plezier waarmee de leerkrachten naar hun werk zijn gegaan. Wel is duidelijk dat de leerkrachten moesten wennen aan hun nieuwe rol. Waar zij gewend waren om (vaak ook klassikaal) kennis over te dragen, bleek een groot deel van deze taak nu te zijn opgevuld door de gezamenlijke instructie via de Recording Box of via instructies in de gebruikte digitale leermiddelen. Daardoor kreeg de leerkracht meer de rol van begeleider dan van primaire kennisbron. Dit leidde soms tot een gevoel van overbodigheid, maar aan de andere kant kostten de lessen minder voorbereidingstijd
dan men gewend was en dit was weer een positief effect.'
(Lieshout et al., 2010, p. 14)

Bronnen:
  • Bos, M. (2010). Klas van 2030. Verkregen op 20 oktober 2010, http://www.rtl.nl/components/actueel/editienl/miMedia/2010/week13/di_klas_van_2030.avi_plain.xml
  •  Lieshout van, M., Kort, J., Huveneers, S., Sauer, S. (2010). Het leren van de toekomst Zorg voor impact (TNO-rapport 35309) Verkregen van SURFnet/Kennisnet website: http://www.surfnetkennisnetproject.nl/attachments/2224220/TNO_rapportage_LvdT_-_final-def_-_100614.pdf
  •  Louwers, T., (2008). Digitale schoolborden veroveren onderwijs. COS, 20 (5).
  • Van Dale (2010),  Website: http://www.vandale.nl/vandale/zoekService.do?selectedDictionary=nn&selectedDictionaryName=Nederlands&searchQuery=leerkracht