Operationalisatie van begrippen.


In ons onderzoek gebruiken we een aantal begrippen die breed geïntrepeteerd kunnen worden. Om verwarring te voorkomen geven we hieronder een definitie van betreffende begrippen.

  • Bijwerkingen.
Hiermee bedoelen we de aanwezigheid van eventueel storende factoren die nieuwe digitale leermiddelen met zich meebrengen. 

  • Concentratie.
Met concentratie bedoelen we de grootte van de ‘leercurve’ in vergelijking tot de tijd die een leerling nodig heeft om stof tot zich te nemen. 

  • Doordacht.
Hiermee bedoelen we in hoeverre er onderzoek is gedaan naar nieuwe digitale leermiddelen, voordat deze ingezet werden in het onderwijs.Leerling. 
Met leerling bedoelen we kinderen van 9 tot 12 jaar die naar de basisschool gaan.

  • Leerkracht.
Met leerkracht bedoelen we een onderwijsgevende op het basisonderwijs in de bovenbouw (groepen 6, 7 en 8). 

  • Nieuwe digitale leermiddelen.
Met nieuwe digitale leermiddelen bedoelen we alle nieuwe multimediale middelen die in het basisonderwijs worden ingezet, ter bevordering van de leerprestaties van het kind. We specificeren ons hierbij op de leermiddelen die het kind zelf actief gebruikt in het leerproces. Denk hier bijvoorbeeld aan een Skoolmate of een Recording Box.

  • Prestatie.
Met presentatie bedoelen we de werkzaamheden die een leerling, maar ook een leerkracht verwerkt in de onderwijsleersituatie. Presteert iemand beter, dan is er een hoger rendement en toetsbaar resultaat.